zondag 6 september 2009

Supporters, ze bestaan in alle soorten.

In een tijdschrift lees ik over wat iemand, die vertoeft in de Brusselse beau monde, in zijn vrije tijd zoal doet. Hij vertelt over het mondaine volk dat hij ontmoet in de tennisclubs waarvan hij lid is, La Rasante en Royal Orée, elitair klinkende namen. Maar af en toe is die luxe hem teveel en moet hij afdalen naar een, zoals hij het zelf beschrijft, “primair” niveau. Hij vindt dat in het Constant Vandstock Stadion. Terwijl hij Anderlecht aanmoedigt moet hij zich niets aantrekken van wat hij aan heeft, hoe hij zich gedraagt en wat hij zegt. Ik schrok toen ik dat las. Is de gemiddelde voetbalsupporter dan toch een pinten drinkende boer die amper iets van voetbal kent, continu “vuile zwette” roept en oerwoudgeluiden imiteert? Ik kan het amper geloven. Dat soort maakt wel het meeste lawaai maar ik hoop dat de stilzwijgende, voetbalminnende menigte in de meerderheid is.

Waarom die massa naar de voetbalstadia trekt blijft me een raadsel. Dat ons niveau niet veel voorstelt is gisteren in Spanje gebleken. Een blamage. Een stelletje omhoog gevallen individuen zijn het, die veel te veel geld verdienen in vergelijking met wat ze kunnen. Ze zouden een voorbeeld moeten zijn voor de jeugd. Toen ik de heren Defour en Sarr de overtreding van Witsel hoorde verdedigen (en ik vermijd het woord goedkeuren) dan kon ik maar één conclusie maken: deze mensen zijn niet van deze wereld.

Dat Het Koning Boudewijnstadion volloopt voor de Memorial Van Damme verwondert me niet. Vele tienduizenden die vóór atleten supporteren. De adoratie die uit de tribunes naar de piste vloeit geeft de lopers, springers en werpers een opstoot aan wilskracht waardoor zij prestaties leveren die de toeschouwers in extase brengen. Het is een continue uitwisseling van emoties en energie, die Memorial.

Het enige moment dat de Memorialbezoeker zijn kritische stem laat horen is wanneer de politiekers de medailles mogen uitdelen. Vorig jaar kreeg Bert Anciaux het hele stadion over zich heen. Stel u voor, een minister van sport die uitgejouwd wordt op de grootste sportmanifestatie in ons land. Of Laurette Onkelinckx, Joelle Milquet en Didier Reynders vorige vrijdag veel plezier hebben beleefd aan hun acte de présence durf ik te betwijfelen, zo luid was het awoert-geroep. ’t Zijn rare jongens die Belgen. Zo raar dat de gebroeders Wauters er een lied over geschreven hebben.

1 opmerking:

pdb zei

Was dat het liedje " Allons enfants de la patrie" ?