maandag 18 februari 2008

Lenniks Schlagerfestival

In Lennik (of was het Gooik?) weten ze wat “veldlopen” is. Zij kiezen een glooiende wei, halen de koeien er af, slaan palen in de grond, verbinden die met linten aan elkaar en ziezo, de omloop is klaar. Voor sfeer weten ze ook te zorgen. De hele middag werden atleten en supporters bestookt met schlagers en levensliedjes. Eerst met vrolijke deuntjes à la Laura Lynn en Frans Bauer, maar toen begon Jimmy Frey te smeken om die rozen naar Sandra te brengen. En het werd nog zwaarmoediger toen Mieke zong over een kind zonder moeder. En alsof dat nog niet genoeg was kwam daar nog “Pappie, ik zie tranen in uw ogen” van Arno en Gradje er bovenop.

Enfin, daar stonden we dan aan de start. En we moeten eerlijk zijn, ze weten zich in Lennik perfect te houden aan het vooropgestelde uurschema. Wat stond er ons te wachten? 85 bochten, 31 keer naar omhoog, 31 keer naar beneden. Ik wou de fout van veertien dagen geleden in Vilvoorde niet opnieuw maken en ben dus rustig gestart. Een kleine tien meter vóór mij merkte ik Paul op. Paul loopt in andere clubkleuren maar is tegelijkertijd clubgenoot. In één van de stroken bergaf heb ik dat gat dicht gelopen. Twee man vóór mij, twee man achter mij. Die twee vonden het tempo aan de trage kant en muisden er van onder.

Paul, nog iemand van Olympia Londerzeel en ikzelf bleven bij elkaar. En na elke bocht moest ik, alles behalve een toonbeeld van behendigheid, minstens een anderhalve meter toegeven op die mannen. Telkens opnieuw moest ik dat gat terug dichten. Ik kon de kop niet overnemen, de man van Olympia probeerde het één keer, maar Paul liet het niet toe. Gevolg, nog een versnelling. Hoe meer de wedstrijd vorderde, hoe lastiger dat werd. Maar ik wou ze niet laten gaan.

Bij het ingaan van de laatste ronde had ik mijn plan klaar: de schade na elke bocht beperken, bij het ingaan van de laatste bocht op de hielen van die mannen zitten en bij het uitkomen van die bocht een versnelling plaatsen. Ik weet het Paul, 't is niet schoon van mij. Maar tja, dat is koers hé. Ik had dus mijn strijdplan klaar maar dat was zonder Patrick gerekend. Na het uitkomen van de voorlaatste bocht riep hij al: “Gaan”. En ik, brave ziel die altijd gehoorzaam, deed dat. Enkele meters na het uitkomen van de laatste bocht keek ik om en zag Paul op enkele meters hangen. “Tempo aanhouden”, dacht ik bij mezelf. Toen hoorde ik plots Annick schreeuwen, ik keek achterom en zag de man van Olympia op me afkomen. Ik heb al wat in mijn lijf zat er moeten uitpersen om hem nog net voor te kunnen blijven.

Ik heb dus gisteren genoten: mijn koers in de koers gewonnen, vele aanmoedigingen (en dat doet echt waar enorm veel deugd), en een perfecte coaching. Jammer toch dat het cross-seizoen bijna afgelopen is.

Geen opmerkingen: